In 2022 ontving hulplijn Tele-Onthaal 110.269 telefoon en 18.548 chatoproepen.
Deze jaarcijfers normaliseren opnieuw naar meer gebruikelijke oproepcijfers na twee recordjaren als gevolg van de COVID-19-pandemie. Dagelijks ontving de hulplijn ongeveer 353 oproepen, wat neerkomt op 128.817 oproepen per jaar. Desalniettemin blijft het totale aantal oproepen nog steeds 9% hoger dan in 2019.
In vergelijking met het voorgaande recordjaar werden er in 2022 6,9% minder telefoonoproepen en 3,7% minder chatberichten ontvangen. Toch zijn er meer telefoonoproepen (+4,9%) en chatberichten (+17,38%) binnengekomen dan in 2019.
Het meest opvallende is de groeiende vraag naar chathulp, die in de afgelopen jaren gestaag is toegenomen. In 2015 werd nog 91,7% van de gesprekken via de telefoon gevoerd en slechts 8,3% via de chat. In 2017 steeg het aandeel chatgesprekken naar 11,20%, en in 2022 was dit percentage gestegen tot 16,10%, terwijl 83,9% van de gesprekken nog steeds via de telefoon verliep.
Tele-Onthaal biedt toegankelijke hulp via telefoon en via chat. Beide kanalen vullen elkaar aan en bieden oproepers de flexibiliteit om te kiezen hoe ze liefst contact nemen met onze hulplijn.
De complementariteit van beide hulpkanalen lopen ook synchroon met een andere tendens: veroudering én verjonging van de oproepers.
Een opvallende tendens aan de telefoon is de toenemende veroudering van de oproepers.
Aan de chat is een tegengestelde tendens opvallend: het aantal jonge oproepers, vooral tieners, neemt significant toe.
Toename veroudering bij telefonische hulp
Uit recent onderzoek van onze hulplijn blijkt dat er een opvallende trend is bij de telefoongesprekken die we ontvangen: de veroudering van de oproepers. Inmiddels is 34,8% van hen ouder dan 60 jaar. Deze trend is al enkele jaren gaande, met een toename van 31% in 2017 naar 34,8% nu.
Het meest opvallende is de toename van het aantal zeventigers dat belt: van 3.320 gesprekken in 2015 naar 6.674 in 2022 (+101% t.o.v. 2015). Daarnaast valt op dat 77,3% van de oproepers ouder dan 60, vrouwelijk is en naarmate de leeftijd nog verder stijgt, de vervrouwelijking nog verder toeneemt.
Bij deze groep van 60-plussers is het thema eenzaamheid (16,6%) hoger dan gemiddeld. Naast de toenemende veroudering aan de telefoon is er een afname van enkele procentpunten bij de “middencategorieën” (25 tot 59 jaar).
Naast de veroudering van de oproepers aan de telefoon, is ook het aandeel alleenwonenden dat telefonisch contact zoekt met onze hulplijn opvallend hoog (63%).
Deze oproepcijfers vertonen sterke gelijkenissen met enkele socio-demografische trends, waaronder de toenemende afhankelijkheidscoëfficiënt en vergrijzing in Vlaanderen, alsook de toename van het aantal eenpersoonshuishoudens.
Steeds meer oproepers doen een beroep op professionele begeleiding. Het percentage bellers dat aangeeft momenteel op professionele begeleiding te rekenen, is gestegen tot 61,2%, een stijging ten opzichte van voorgaande jaren. In 2019 was dit percentage 57,8%, en in de COVID-periode was dit respectievelijk 58% in 2021 en 57,8% in 2020.
Van de oproepers geeft 37,7% aan een psychische stoornis te hebben. Dit aandeel is de afgelopen jaren gelijk gebleven. Een kwart van de bellers (25,9%) wordt verwezen naar andere hulp, een lichte daling ten opzichte van 27,6% in pre-COVID 2019.
De top drie gespreksthema’s blijven ongewijzigd en omvatten relaties (28,8%), gezondheid (20,0%) en eenzaamheid (13,1%).
Het percentage gesprekken gerelateerd aan gezondheid (21,2%) en eenzaamheid (14,2%) is licht gedaald in vergelijking met de afgelopen twee COVID-jaren. Het onderwerp “angsten” werd druk besproken binnen het thema gezondheid. Het aantal gesprekken dat over dit subthema werd gevoerd bedroeg 5.017, wat neerkomt op 4,1% van het totale aantal gevoerde gesprekken. Deze cijfers laten een stijging zien van 30% in vergelijking met het jaar 2019 (pre-corona), toen er 3.858 gesprekken over dit onderwerp werden gevoerd.
Hoewel de energiecrisis en stijgende prijzen een hot topic zijn in het nieuws, hebben deze onderwerpen slechts een beperkte invloed gehad op de gespreksthema’s van 2022. 5,6% van alle gesprekken betrof dit onderwerp (5,2% in 2021). In totaal werden er in 2022 6.649 gesprekken gevoerd over sociaal-economische thema’s. Het aandeel gesprekken over problemen met huisvesting (1,3%) is het meest toegenomen, met 1.564 gesprekken in 2022 en 1.181 gesprekken in 2019 (+32,4%).
Jongeren maken steeds vaker gebruik van de Tele-Onthaal chathulp.
Uit de jaarcijfers 2022 blijkt dat maar liefst 75,7% van de oproepers jonger is dan 25 jaar, waarvan opvallend genoeg bijna de helft (48,3%) zelfs jonger is dan 18 jaar. Deze trend is al enkele jaren aan de gang en blijft groeien: in 2017 was het aandeel minderjarige chatters nog 36,6%.
Sinds de covidcrisis is het aantal tienerchatters exponentieel toegenomen, van 1.782 chatgesprekken in 2015 tot 2.967 in 2019 (+66% t.a.v. 2015) en maar liefst 5.902 in 2022 (+99% t.a.v. 2019 en +231% t.a.v. 2015). In vergelijking met vijf jaar geleden is er een verschuiving te zien in de gespreksthema’s, die nog meer aansluiten bij de leefwereld van tieners. Onderwerpen als relatie met ouders, school en vrienden, angsten en eetstoornissen komen nu veel vaker voor in de gesprekken.
Uit de gegevens blijkt verder dat het merendeel van de chatters vrouwelijk is (gemiddeld 79%). Opvallend is ook dat maar liefst 83% van de minderjarige chatters vrouwelijk is. Naarmate de leeftijd van de chatters stijgt, neemt het aandeel mannen licht toe. Het aantal chatters dat aangeeft ondersteuning te krijgen van professionals via één of meerdere kanalen ligt beduidend lager dan bij telefoonoproepers (39,2% vs. 61,2%). Een op de vijf chatters geeft aan een psychische stoornis te hebben (22,7% versus 37,7% bij de telefoon), waarbij het aantal chatters met eetstoornissen opvallend is gestegen van 6% in 2019 naar 11,6% in 2022.
Ook het aantal gesprekken over eetstoornissen is aanzienlijk toegenomen van 187 in 2019 naar 429 in 2022. Het hoogste aandeel van de gesprekken gaat nog steeds over stemmingsstoornissen (32,1% en 1188 gesprekken).
Bijna één op de drie chatters (34,4%) wordt doorverwezen naar andere hulpverlening, een hoger percentage dan bij telefoonoproepers (25,9%). Het aandeel chatters dat aangeeft te leven in een tweeoudergezin is gestegen naar 53,9%, een stijging van 8,7% ten opzichte van 2019.
Enkele mogelijke verklaringen voor deze significante toename van het aantal jongeren tussen de 12-17 jaar.
- Ten eerste heeft de COVID-19-crisis een aanzienlijke impact gehad op het mentale welzijn van jongeren, wat nu mogelijk nog steeds effect heeft. De COVID-19-pandemie heeft alleszins de aandacht voor mentaal welzijn en problemen bij jongeren wel zichtbaarder en ernstiger gemaakt.
- Ten tweede lijkt er tegenwoordig minder taboe te rusten op het bespreken van mentaal welzijn, waarbij scholen en organisaties die met jongeren werken meer aandacht besteden aan het onderwerp en de wegen naar hulp. Tijdens de pandemie was er ook een verhoogde aandacht voor de problematiek in de media.
- Ten derde vermoeden we dat er een grotere bereidheid is om hulp te zoeken, wat ook samenhangt met onze tweede hypothese.
- Mentaal welzijn is bovendien ook meer dan het hebben van ziekten of stoornissen. Het gaat ook over hoe je je voelt, hoe je in je vel zit. Praten of mentaal welbevinden kan een bijdrage leveren aan preventie van psychische stoornissen. Deze toename in hulpzoekend gedrag kan gezien worden als een positieve ontwikkeling waarbij jongeren actief op zoek gaan en ook gebruik maken van de beschikbare middelen om deze laagdrempelige hulp te vinden, via de kanalen die ze het beste kennen en het meest gebruiken: online. Praten is de eerste stap!
- Tenslotte lijkt er een duidelijke overlap te zijn tussen de tekorten in andere sectoren van de jeugdhulpverlening en het groeiend aantal oproepen bij de chathulp. Daardoor komen ook meer oproepen bij de -anonieme- chathulp terecht. Lange wachtlijsten, tekorten aan beschikbare hulpverleners, druk op andere (anonieme) chathulp betekenen vaak dat jongeren niet onmiddellijk de hulp krijgen die ze nodig hebben. Als gevolg daarvan gaan ze steeds meer actief op zoek naar onmiddellijk beschikbare en toegankelijke hulp.
De druk op onze hulpverlening via chat is momenteel bijzonder hoog. Sterker nog: deze lijkt meer en meer exponentieel toe te nemen.
Helaas kan Tele-Onthaal haar hulpaanbod onvoldoende afstemmen en uitbreiden op het ritme van deze sterk toenemende vraag. Het is duidelijk dat de groei van onze chathulp afhankelijk is van het aantal beschikbare vrijwilligers.
Zinvol vrijwilligerswerk met impact op de maatschappij: bij Tele-Onthaal kan het!
Om onze capaciteit uit te breiden en te voldoen aan de groeiende vraag, is het essentieel om nieuwe vrijwilligers aan te trekken. Dit is echter geen eenvoudige taak, aangezien we steeds meer inspanningen moeten leveren om hetzelfde resultaat te bereiken, vooral als het gaat om het werven van vrijwilligers. Het werven van één extra vrijwilliger vergt enorm veel tijd en energie, om hem/haar vervolgens op te leiden en in te zetten om onze capaciteit te vergroten.
In de herfst organiseert Tele-Onthaal vijf opleidingsreeksen voor nieuwe vrijwilligers op vijf Vlaamse locatie en Brussel. Er worden ook specifieke opleidingen voorzien voor chatvrijwilligers.
Vrijwilliger worden bij Tele-Onthaal is geen alledaags vrijwilligerswerk.
Het vergt een speciale vaardigheid om empathisch te zijn, om te luisteren zonder te oordelen, om te begrijpen zonder te adviseren. Maar als je die vaardigheden hebt, kan het ook heel waardevol zijn.
Sommige mensen hebben geen netwerk om op terug te vallen als het even tegenzit. Anderen hebben wel een netwerk, maar vinden het moeilijk om over hun problemen te praten met mensen die ze kennen. Als vrijwilliger bij Tele-Onthaal kan jij er zijn voor beiden.
Jouw luisterend oor kan een enorme steun betekenen. Zo biedt je een echte meerwaarde aan de samenleving.
Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Hilde Crevits: “Tele-Onthaal is er dag in en dag uit voor mensen die een luisterend oor nodig hebben. Heel veel mensen doen dan ook een beroep op Tele-onthaal via de telefoon of via de chatlijn. Jongeren zijn meer vertrouwd met het chatten. Wie wat ouder is grijpt vlugger naar de telefoon en die oudere groep stijgt duidelijk. Een belangrijke vaststelling is dat er minder en minder een taboe hangt als het gaat over het mentaal welzijn. Het werk van Tele-Onthaal is enkel mogelijk dankzij het engagement van 600 vrijwilligers. Zij verdienen zeker onze waardering. Vanuit Vlaanderen steunen wij de werking van Tele-Onthaal.”
Meer cijfers? Bekijk hier de infographics met jaarcijfers.
Nog meer detailcijfers? Op onze publicatiepagina kan je nog meer infographics en detailcijfers vinden.
Je verhaal kwijt of hulp nodig?
|